Een hoofdonderdeel van een toneelstuk, bevattende één of meer van de volgende elementen: expositie, conflict en opvoering van de spanningslijn, climax, peripetie of ommekeer, slot of afwikkeling. De indeling in akten werd in de oudheid vooral aangeduid door het optreden van een koor*. Dit laatste verdwijnt echter meer en meer vanaf de renaissance, zodat andere factoren de indeling gingen bepalen (bv. het sluiten van de gordijnen, maar ook structurele gegevens als plaats en tijd van handeling). Ook het aantal akten of bedrijven varieerde in de loop van de geschiedenis. Zo telde het antieke theater vijf akten. Bij Ibsen, Tsjechov en Pirandello vinden we meestal vier bedrijven en in het hedendaagse theater meestal twee of drie. Hier is trouwens de indeling in akten, als ze voorkomt, vaak een puur pragmatische aangelegenheid. Zie ook Tragedie.