Paronomasia

(Gr. para-onomazein = zijdelings noemen, met een kleine wijziging noemen; Lat. synoniem annominatio < ad = naast, bij; nomen = naamwoord). 1. Horizontale en op gedeeltelijke klankovereenkomst (paronymie) berustende Woordspel, woordspeling, wat betekent dat woorden met verschillende betekenis maar bijna gelijke klankstructuur bij elkaar worden geplaatst en gecontrasteerd (bv. ‘Liever blode Jan, dan dode Jan’). De grens tussen deze figuur en bepaalde andere tekstprocedés gebaseerd op klankherhaling (alliteratie, assonantie en verwante vormen van rijm) is veeleer vaag. Het onderscheid met figuren als antanaclasis of polyptoton ligt duidelijker.

2. Door de ‘formalistische (sien Formalisme) studies van R. Jakobson heeft de paronomasia een bijzondere betekenis gekregen. Zij wordt er beschouwd als een van de duidelijkste manifestaties van de poëtische functie doordat klankequivalenties zich enten op een reeks woorden (syntagma). Volgens Jakobson impliceert zulks dat twee dicht bij elkaar staande woorden die fonisch op elkaar gelijken, onvermijdelijk ook een semantische verbinding met elkaar aangaan. Zo vormt de paronomasia als het ware de linguïstische basis van het verschil tussen poëtische en gewone taal.