(Gr. zielestrijd). 1. In de middeleeuwen een episch of romanesk verhaal over een allegorische strijd tussen deugden en gebreken. Het prototype is de Psychomachia van de Spaanse auteur Prudentius (348-begin 5de eeuw) dat in de 12de en 13de eeuw een groot succes kende en herhaaldelijk werd nagevolgd, o.m. in de gedichten van de troubadour Marcabru, de Bataille des Vices contre les Vertus van Rutebeuf en de Roman de la Rose van Guillaume de Lorris.
2. In de twintigste-eeuwse literatuurstudie wordt de term psychomachie ook gebruikt ter karakterisering van teksten waarin de grens tussen (verhaal)object en subject (de ziel van het personage) vervaagd is. De hoofdfiguur loopt door een verhaalwereld die eruit ziet alsof hij door de eigen psyche van de protagonist leven ingeblazen krijgt. Hij loopt als het ware rond in de verbeelding of ‘veruiterlijking’ van een eigen zielsconflict. Voorbeelden uit de Nederlandse literatuur zijn De trein der traagheid van Johan Daisne en Archibald Strohalm van Harry Mulisch. Zie ook fantastische literatuur, magisch realisme .
Literatuur: M. Dupuis, De psyche in de spiegelkamer. Psychomachie in de hedendaagse roman, 2000. N. Laan, ‘Literatuurpsychologie’ in Nederlandse letterkunde, 2002, pp. 197-206.