Verhaal, verwant met sciencefiction (SF) , waarin een bepaald toekomstbeeld geprojecteerd wordt. Dit kan gebeuren om diametraal uiteenlopende redenen. Men kan nl. die toekomst voorstellen als een ideaal (Utopische literatuur ) of ze verwerpen (dystopie). In de toekomstroman domineren dus, in tegenstelling tot gewone SF, maatschappijkritische overwegingen m.b.t. politieke stelsels. Bv. E.I. Zamjatin, My (= Wij) (1922), A. Huxley, Brave New World (1932), G. Orwell, 1984 (1949).