(Gr. nevenwerken). Geschriften, notities die ontstaan zijn als nevenproduct bij het schrijven van een werk, en die oorspronkelijk niet voor publicatie bestemd waren. Het zijn, aldus Derrida, teksten die als ornament terzelfder tijd wel en niet tot het literaire werk behoren. De term wordt daarnaast ook gebruikt voor een verzameling van kortere geschriften die ‘naast’ de grote hoofdwerken ontstaan. Bv. A. Schopenhauer, Parerga und Paralipomena, 1854. Zie ook oeuvre,paralipomena.
Literatuur: J. Derrida, ‘Parergon’, in The Thruth of Painting, 1987.