Term van Italiaanse oorsprong, verwijzend naar de tekst die de opeenvolging van scènes (sien Scène) (It. scena) in code of afkortingen weergeeft. De niet voor publicatie bestemde tekst was uitsluitend als handleiding voor de acteurs bedoeld. In de context van de commedia dell’arte, bij de aanvang van de zeventiende eeuw, vindt men de eerste van dergelijke scenario’s terug. Tegenwoordig wordt de term vooral in de filmkunst gebruikt, waar hij slaat op de uitgeschreven tekst die alle gegevens voor de uiteindelijke verfilming bevat. Over het algemeen schetst het scenario het handelingsverloop, bevat het de dialoog, werkt het de emotionele ontwikkeling van de personages uit, beschrijft het de atmosfeer van de verschillende scènes en geeft het aanwijzingen over cameravoering, decor en belichting. In zijn hoedanigheid van uit te voeren tekst is het vergelijkbaar met een dramatekst, die eveneens uit een hoofdtekst en een neventekst bestaat.
In feite is scenario of script een verzamelnaam voor de verschillende stadia die een filmtekst doormaakt. In het Angelsaksische taalgebied maakt men een onderscheid tussen de termen ‘screenplay’, ‘shooting script’ en ‘filmscript’. ‘Screenplay’ is het scenario zoals dat door de schrijver werd opgesteld, ‘shooting script’ is de uiteindelijke tekst die voor verfilming wordt gebruikt en ‘filmscript’ is een gedetailleerde beschrijving van de afgewerkte film. De term ‘draaiboek’, die ook als synoniem voor scenario gebruikt wordt, heeft een heel specifieke betekenis: het is de dag- en uurplanning van de filmdraaitijd. Soms wordt het scenario los gezien van zijn subsidiaire functie en als autonome tekst gepubliceerd. Doorgaans gaat het dan om een persklaar gemaakte combinatie van de drie voornaamste stadia. Dit is bv. het geval met een aantal scenario’s van Harold Pinter en Woody Allen. Ook Marguerite Duras’ Hiroshima mon amour (1960), door Alain Resnais verfilmd, kan hier vermeld worden. Ten slotte dient nog een onderscheid gemaakt te worden tussen enerzijds originele scenario’s en anderzijds adaptaties (sien adaptatie), waarbij een bestaand literair werk voor verfilming in scenariovorm gegoten wordt. In dit laatste geval kan men het scenario als een mesotekst (Gr. mesos = midden; tussentekst, zie tekst) beschouwen. Het kan ook gebeuren dat het originele scenario van een succesvolle film tot een roman herschreven wordt en in die hoedanigheid uitgegeven (bv. The Deer Hunter (1978) door E.M. Corder; Lang leve de Koningin (1997) door E. Lammers).
Literatuur: M. Beja, Film & Literature, 1979. Les Cahiers du scénario (1986-). Autour du scénario, themanummer Revue de l’Université de Bruxelles, 1986. G. Ernst & Th. Pluch, Drehbuch schreiben. Eine Bestandsaufnahme, 1990. D. Parent-Altier, Approche du scénario, 1997. Het Nederlands scenario (tijdschrift 1990-2004).