Einfache Formen

(Dts. eenvoudige vormen). Verzamelnaam voor de oervormen van literatuur die als voorliteraire producties buiten de traditionele poëtiek vallen; o.m. legende, sage, raadsel, SPREUK, sprookje en grappig vertelsel (schwank). André Jolles, die er een klassiek geworden morfologische studie aan wijdde, onderscheidt de eenvoudige vorm van de kunstvorm. De eerste schijnt uit de gemeenschap in haar geheel ontstaan te zijn en zit aldus diep in de taal en het dagelijkse leven ingeworteld; de kunstvorm daarentegen beschikt over een definitieve gedaante door ‘een singuliere en niet achterhaalbare toedracht’. De verwoording in de eenvoudige vorm is beweeglijk, veranderlijk en schematisch, en de gebeurtenissen en personages hebben er een representatief karakter; in de kunstvorm is de formulering hecht, eenmalig en bijzonder, en de gebeurtenissen en personages zijn individueel van aard.

Literatuur: A. Jolles, Einfache Formen, 1969 (1929); Fr. Formes simples, 1973.