(Lat. de-tegere = de bedekking wegnemen, onthullen). Speciale vorm van Misdaadverhaal, -roman (soms ook politieroman genoemd; verg. Fr. roman policier) waarin de opheldering van de misdaad (meestal door een speurder) centraal staat. In de Engelstalige literatuur, waar het genre een geweldige bloei kent, gebruikt men daarom sinds de jaren 30 van de twintigste eeuw ook de meer informele benaming ‘whodunit’ (‘who done it?’ = wie heeft het gedaan?). De ‘uitvinder’ van het genre is E.A. Poe met zijn ‘tales of mystery and ratiocination’, o.m. Murders in the Rue Morgue (1841, detective Auguste Dupin). De bekendste negentiende-eeuwse schrijver van detectiveverhalen is ongetwijfeld A. Conan Doyle, de schepper van Sherlock Holmes en diens assistent Watson. De twintigste eeuw kent een enorme productie van het genre als vorm van ontspanningsliteratuur, met o.m. G.K. Chesterton (Father Brown), Agatha Christie (Hercule Poirot), G. Simenon (Maigret), Sjöwall en Wahlöö (Martin Beck), enz. In ons taalgebied zijn Jan Willem van de Wetering (Grijpstra en de Gier) en Pieter Aspe gewaardeerde auteurs van politieromans. In de romans van het zgn. ‘hardboiled’ genre (‘the tough school of detective fiction’; bv. Raymond Chandler) treden seks en geweld sterk op de voorgrond. Doordat de ontspanningsfunctie en het intellectuele spel in het algemeen belangrijker lijken dan de esthetische ervaring (vandaar ook de vele politieseries op tv zoals Baantjer, Flikken en Witse), wordt het detectiveverhaal doorgaans tot de zgn. triviaalliteratuur gerekend. Anderzijds is er ook een opwaardering merkbaar, o.m. doordat de postmoderniteit strenge genreafbakeningen heeft afgezwakt. Zo kan men Eco’s De naam van de roos lezen als een historische roman, maar ook als een detectiveverhaal. Zie ook thriller en spanning.
Literatuur: J. Vermeulen, ‘De detectiveroman: componenten van een genrebeschrijving’ in themanummer Vlaanderen moordt…, Kreatief, 1991, pp. 109-120. P. Boileau & T. Narcéjac, Le roman policier, 1994 (1964). P. Buchloh & J. Becker, Der Detektivroman, 1973. M. Lits, Le roman policier: introduction à la théorie et à l’histoire d’un genre littéraire, 1993. D. Bergez, Lire le roman policier, 1996. J. van der Weide, Detective en antidetective. Narratologie, psychoanalyse, postmodernisme, 1998. J.H. Delamater & R. Prigozy (red.), Theory and Practice of Classic Detective Fiction, 1997. L.L. Panek, The American Police Novel, 2003. Ch.J. Rzepka, Detective Fiction, 2005.